Beide zinnen gaan voor mij op. Omdat ze zowel bij me passen als dat ik er ook van weg kan raken. En het dan ineens weer scherp voor ogen krijg, door wat er bij mezelf en om mij heen zomaar ineens aan de hand is. We wachten soms te lang op later.
Vorig jaar ‘de tijd gepakt’ en samen met mijn lief op pad gegaan. Dat was fijn in veel opzichten: na ruim dertig jaar samen op enkele m2 maanden blij kunnen blijven, veel beter nog Italiaans sprekend dan ik tevoren wist en onder andere hierdoor fijne nieuwe mensen ontmoet. En natuurlijk prachtige nieuwe plekken ontdekt (kan zo een reisbureau beginnen).
Er is geen tijd. Of is er niets dan tijd? Er is zeker geen later en daarom heb ik besloten me ook dit jaar weer wat terug te trekken en een flinke periode weer samen op pad te gaan, op die paar m2 in onze ‘oude dame’ (een campertje op leeftijd). Ik zeg graag; tot na de zomer, met tot slot een gedicht dat zo mooi zo veel beschrijft.
Omdat ik het niet kan laten vragen te stellen; waar in dit gedicht leg jij de nadruk op?